Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], [13]Heden hebt gij den HEERE doen [14]zeggen, dat Hij u [15]tot een God zal zijn, en dat gij zult wandelen in Zijn wegen, en houden [16]Zijn inzettingen, en Zijn geboden, en Zijn rechten, en dat gij Zijner stem zult gehoorzaam zijn. 13. Dat is, in dezen tijd is het verbond, eertijds met Abraham en zijn zaad, opgericht, vernieuwd en door de vervulling van Gods belofte en het bewijs uwer dankbaarheid bekrachtigd. 14. Dat is, verklaren, beloven; en zo in vs.18. 15. Zie Gen.17:7. 16. Zie boven, hfdst.5 vs.31.